26/12/19 08:00
Het is puur toeval dat ik belangstelling heb gekregen voor de Nijmeegse Geschiedenis.
Als ik niet op Kasteel Bat-Ouwe-Zate was gestuit, had ik me waarschijnlijk nooit verdiept in het verleden van de Waalstad.
Kasteel Bat-Ouwe-Zate is zonder twijfel het eigenaardigste gebouw dat ooit in Nederland gebouwd is. Een enorm potsierlijk neo-gotisch bouwwerk dat aan alle kanten veel te groot en te buitenissig was om nog binnen enig criterium te vallen.
Het was in 1860 het grootste particuliere woonhuis ooit in Nederland gebouwd, met drie tuinen op verschillende niveau's. Er was een verwarmde orangerie en er waren meerdere paardenstallen en koetshuizen, waarvan sommige ondergronds. Een toren van negen verdiepingen, twee bloemenkamers, een tuinkamer en verschillende 'wonderschone' uitzichtpunten. (belvédères) En natuurlijk een kolossaal woonhuis, waarin zelfs een complete toneelzaal te vinden was. Er was ook een badkamer, weliswaar klein, maar wel voorzien van een warm water installatie, wat voor die tijd ongekend was.
Het geheel was ontworpen en uitgewerkt door de Amsterdamse zakenman en speculant Franciscus Johannes Hallo (1808- 1879).
Hijzelf noemde zijn kasteel een 'toonbeeld van gothische bouwkunst' (waarbij hij het voorvoegsel 'neo-' bewust buiten de vermelding liet) maar de Nijmeegse bevolking sprak over het algemeen van het 'Suikerbakkerskasteel' als men het over Bat-Ouwe-Zate had.
Het kasteel zag er ook inderdaad uit als een overgedecoreerde bruidstaart en was een eclectisch allegaartje van neo-gotische, neobyzantijnse en simpelweg Janboerenfluitjes-architectuur. Zo waren er wel rijk gedecoreerde spitsramen te zien en allerlei minaret-vormige torentjes, maar had het grote woonhuis gewoon een plat dak. Dat was dan wel weer handig om er een houten loopplaats op te leggen 'waar honderden personen tegelijk plaats op konden vinden' Ook waren er allerlei bijgebouwtjes in opgenomen, waarschijnlijk werkplaatsen en opslagruimten, met een eenvoudig pannendakje maar wel met neo-gotische elementen in de gevel verwerkt en hier en daar een torentje ter decoratie.
De Benedentuin van kasteel Bat-Ouwe-Zate in het jaar dat het gebouw opgeleverd was (1860)
Het zag er meteen uit alsof het al 100 jaar oud was, met enorme vochtplekken in de muren en scheefgezakte daken.
De razendsnelle bouw zal hiervan wel de oorzaak zijn.
We kijken hier, van links naar rechts, naar het stookhuis, de orangerie, de tuinkamer en de twee torens boven de ingang aan de Lindenberg.
Midden in de tuin ligt de fontein.
De tuin had een lichte helling en verliep over de gehele breedte 75 cm.
Franciscus Hallo met zijn vrouw en dochters in de Benedentuin.
Op de trap naar de boventuin zien we nog net een dienstmeid met dienblad. In het kleine paviljoen rechts van de trap staat Hallo naast zijn dochter Adriana.
In de tuin zijn vrouw Catharina Hallo-Van Maarsseveen (in zwarte japon) en dochter Francisca. Voor de ingang naar de orangerie dochter Johanna.
Het kapel-achtige gebouwtje achter Johanna is de remise en stal, voor drie paarden en een rijtuig. Daarachter is de grote toren zichtbaar.
Boven de twee paviljoens en trap was een groot balkon, met daarachter twee bloemenkamers en een torentje met een dak van gekleurd glas.
Het kasteel is in een razend tempo van 6,5 maand opgetrokken. Op 28 augustus 1859 wordt de eerste steen gelegd en op 15 maart 1860 staat het hele gebouw er al. Voor de gehele bouw zijn er zo'n 5000 m3 stenen gebruikt en hebben er meer dan 300 mensen aan gewerkt.
Het gebouw strekt zich uit van de voet van de Lindenberg tot bijna aan de Anthoniusplaats. Met drie terrasvormige tuinen wordt het hoogteverschil van zo'n tien meter trapsgewijs overbrugd. De gebouwen die aan deze terrasvormige tuinen liggen zijn onderling met trappen verbonden. Zo zijn de ingangen van de stallen aan de Lindenbergkant gewoon op straatniveau, maar liggen zij, ter hoogte van de Duivegas, onder de grond. En wat in de Duivegas op de begane grond ligt, is ter hoogte van de Anthoniusplaats alweer een kelder.
Wat dat betreft was Bat-Ouwe-Zate een buitengewoon vernuftig ontwerp.
Alleen daarom al had het nooit afgebroken mogen worden.
Maquette van kasteel Bat-Ouwe-Zate in schaal 1:87 (120 bij 120 cm)
Om een indruk te krijgen van het gebouw, zoals het er in 1860 uitzag,
ga naar: https://www.youtube.com/watch?v=SD_TD9krfwg
Bovenstaande foto's zijn terug te vinden in het luxueuze boek met plakplaatjes.
"Die merkwaardige F. J. Hallo" dat ik in eigen beheer in een gelimiteerde oplage van 100 exemplaren uitgeef.
Hierin wordt de complete levensgeschiedenis van Franciscus Hallo beschreven.
Prijs €65,-
Ingekleurde foto's
Meisje in de Keumegas. 1930
Omhooglopend in de Keumegas kom je uit in de Pepergas. Een meisje met een rode strik kijkt ons ernstig aan.
Mensen op oude foto’s zie je bijna nooit lachen. Ze kijken altijd heel serieus, met een zekere argwaan vaak. Dat vind ik een veel mooiere, intensere manier van kijken dan dat gekunstelde geglimlach of die modernistische uitzinnige grimassen. Als kind begreep ik dat opgewekte “Lach eens naar het vogeltje” al niet en eigenlijk is dat nooit veranderd.
In deze omgeving valt er overigens ook maar weinig te lachen. De Keumegas in 1930 is van een troosteloze grauwheid en tegelijk van een ongekende schoonheid. De huizen hier lijken niet gebouwd, maar gegroeid als bomen.
Door de elementen verweerd en scheefgezakt. Precies als een oud bos. Nog even en dan vallen deze huizen vanzelf om. Dat geldt niet alleen voor de huizen, maar ook voor de straten, voor de stoepen, de regenpijpen, de straatverlichting en voor de vitrages achter de ramen. Alles is in een volledig organisch evenwicht. Er is helemaal niets wat detoneert. Zelfs het meisje met de rode strik niet. Het is precies goed zo.
Het is dat organische dat de stad zo mooi maakte. Zo zag niet alleen de Keumegas eruit, maar de hele benedenstad. En misschien wel de hele stad.
Ik heb oude zwart-wit foto's van de stad ingekleurd en voorzien van mooie dreigende luchten.
Daardoor komt het verleden ineens een stuk dichterbij…
Wachten op de Zeldenrust, Waalkade. 1936Opwaaiende kranten op de Ganzenheuvel. 1935
Kleine Marechaussee in de Nonnenstraat. 1930
Sigarenmagazijn "'t Stadhuis" naast het Kerkegasje. Burchtstraat 17. 1930Huize "de Ster" Hoek Grotestraat-Platenmakersstraat
Meeuwen in de Grotestraat. 1946
Artist's impression van het interieur van Klooster Hallo 1944
Wachten op motorpont 'Zeldenrust'